Vazen en voorwerpen zijn voorbeelden van wat Claire Warnier & Dries Verbruggen doen, maar het is niet het échte werk. Als een soort vertaalbureau bemiddelt hun Studio Unfold tussen de analoge en digitale wereld, ontdekte JOEP VOSSEBELD.
In het atelier van Studio Unfold lopen verschillende maakprocessen en snelheden door elkaar heen: een assistent brengt met veel geduld glazuur aan op een aantal keramieken vazen. Het is handwerk met een ouderwetse traagheid; de uitkomst van de glazuurlaag valt nooit exact te voorspellen, de maker moet vertrouwen op zijn ervaring en intuïtie. De vazen zelf zijn ondanks hun grillige vormen ook fijn en precies. Ze worden laag voor laag opgespoten in een 3D-printer, maken is hier vooral wachten.
Terwijl Claire Warnier (Maastricht, 1978) en Dries Verbruggen (Brasschaat, 1979) me hun ontwerpen laten zien, krijg ik steeds meer het idee dat het ze eigenlijk om iets anders gaat. Al die vazen en voorwerpen zijn voorbeelden van wat ze doen, maar niet het échte werk. Want hun interesse in de combinatie van analoge en digitale technieken betekent dat ze vooral nieuwe mogelijkheden zichtbaar maken. Als een soort vertaalbureau bemiddelt Unfold tussen de analoge en digitale wereld.
Claire en Dries leerden elkaar kennen tijdens hun studie aan de Design Academy, sindsdien werken ze samen als Studio Unfold, alweer sinds 2002. Dries zit tijdens het gesprek goed verstopt achter een groot beeldscherm: ‘De werkzaamheden van totaal verschillende beroepen zijn steeds meer op elkaar gaan lijken. Jij hebt geen idee wat ik aan het doen ben achter dit scherm. Misschien ben ik aan een ontwerp bezig, met de administratie of ben ik aan het beleggen. Wie weet ben ik gewoon aan het shoppen.’
‘Jij hebt geen idee wat ik aan het doen ben achter dit scherm. Misschien ben ik aan een ontwerp bezig, met de administratie of ben ik aan het beleggen. Wie weet ben ik gewoon aan het shoppen.’
Claire schakelt ondertussen over naar een ander ontwerp. Een tafeltje met een ronde schijf, daarachter een beeldscherm. Het is een digitale pottenbakkersschijf, een laser registreert de positie van je vingers en toont de digitale pot of vaas die je maakt op het scherm. ‘We zoeken naar manieren om complexe digitale technieken op een toegankelijke manier te verbinden aan bestaande maakprocessen. De draaischijf maakten we voor een tentoonstelling. Het vormde een soort digitale pottenbakkerswerkplaats, samen met een printer en een aantal keramieken prototypes.’
‘Toen wij begonnen te werken met 3D-printers was dat niet omdat we een eigen ontwerp wilden uitvoeren. We waren vooral geïnteresseerd in de vraag: “Wat zou deze machine willen maken?”’ Tot dan toe werden vooral bio-plastics gebruikt in dergelijke printers, de gemaakte objecten waren fragiel en degradeerden vrij snel. Op zoek naar materialen met meer uitstraling en een langere levensduur, ontwikkelde Unfold in 2009 een 3D-printer die keramiek kon printen. Claire: ’Daarmee kan je vormen maken uit klei die je onmogelijk met traditionele technieken kan realiseren. Het gaf ons hele nieuwe mogelijkheden als ontwerpers.’
‘Behalve voor keramiek gebruiken we 3D-printers vooral voor de minder zichtbare onderdelen in onze ontwerpen. De meeste verbindingen en koppelstukken komen uit de printer,’ vult Dries aan. ‘Toen we laatst in onze woning een nieuwe douche wilden installeren. paste die niet. De installateur wilde al in de tegeltjes gaan zagen, maar wij hebben zelf een passende verbinding geprint.’
Sinds drie jaar is de studio van Claire en Dries gevestigd in een voormalige bieropslag aan de rand van Antwerpen. Zelf wonen ze op de eerste etage van het pand. De inrichting van de studio lijkt een echo van het gereedschap en materiaal waarmee Unfold werkt, als in een uitvergrote 3D-printer lopen overal kabels en leidingen (‘we zijn nog aan het verbouwen’), het licht komt uit eenvoudige peertjes aan het plafond. De kleuren zijn even aards als de keramiek die ze maken: ruw beton, wanden van onbehandeld hout en kasten vol dozen van bruin karton. Op het raam dat uitkijkt over de tuin staat een grote kindertekening. Claire: ‘Een paar dagen geleden stond hier nog een groot tentenkamp van karton. Om te voorkomen dat onze kinderen langzaam de studio overnemen, hebben we een maandelijkse reset.’
Een van hun meest recente projecten is de film The Comb Makers Tale (zie ook ZL2/3). In een donker schuurtje vijlt en schuurt een 82-jarige ambachtsman honderd kammetjes per week uit stukken verhitte koehoorn. Het is eentonig werk en het stinkt. ‘Bovendien,’ vertelt de vrouw van de kammenmaker, ‘is het eigenlijk niet eens zo moeilijk wat hij doet.’
Kun je met passie over isolatieplaatmateriaal en parkeerplaatsplantenbakken vertellen?
Voor de film plaatste Unfold een high-tech robot in de rommelige werkplaats. Met tedere bewegingen probeert de robot de handelingen van de ambachtsman te kopiëren, maar alleen al het aandraaien van een schroefje op een volle werkbank kost hem veel moeite. Terwijl zijn tijdelijke digitale assistent worstelt met het lichtknopje, vertelt de man over zijn beroep. Het spijt hem dat het vak van de kammenmakers met hem zal uitsterven. Claire: ’We kunnen wel doen alsof we het jammer vinden dat oude ambachten verdwijnen, maar jongere generaties willen een dergelijk beroep niet uitoefenen. Zo is het met veel dingen, we willen wel meer lokale producten, of duurzamere spullen, maar uiteindelijk zijn we niet bereid daar consequenties aan te verbinden: namelijk dat we anders moeten werken en leven.’
Wanneer ik na afloop van het gesprek naar huis rijd, word ik door een wirwar van pijlen en borden alle kanten opgestuurd, behalve de goede. Ik had mijn auto naast een bouwmarkt geparkeerd, daar heb ik nu spijt van. De weg wordt versperd door betonnen stoepranden, eenrichtingsborden en plantenbakken vol dode coniferen. Daartussen mensen met winkelkarren vol toiletpotten, isolatieplaten en douchewanden. Wie maakt al die spullen? Hebben de makers plezier in hun werk? Moet werk wel leuk zijn? Kun je met passie over isolatieplaatmateriaal en parkeerplaatsplantenbakken vertellen? Of hebben we nog altijd een te romantisch beeld over hoe dingen gemaakt worden?
Ik zet de auto terug. Eerst nog maar een rondje wandelen. Unfold heeft zich in mijn hoofd genesteld.
JOEP VOSSEBELD