Weg met de eenzaam zwoegende, ploeterende en dolende schrijver! Samenwerking komt schrijvers en het literair klimaat ten goede, vertelt Juliet Gagnon van Watershed aan PAUL VAN DER STEEN. “Schrijven maakte mijn ervaringen minder heftig.”
Schrijvers genoeg, maar van een literaire scene is in het zuiden van Nederland nog nauwelijks sprake. In de grootste plaats, Eindhoven, toevallig ook de uitvalsbasis van Watershed, ligt de nadruk op techniek en design. De slimste regio ter wereld is behoorlijk nerdy en in zichzelf gekeerd.
“Heel langzaam begint door te dringen dat ook het woord niet gemist kan worden. Bijvoorbeeld bij de Dutch Design Week”, zegt Watershed-oprichter en artistiek leider Juliet Gagnon (Portland, 1975). Misverstanden liggen daarbij op de loer. “Omdat ik van Amerikaanse origine ben, gaat het in oriënterende gesprekken al snel over mijn vermogen om teksten in het Engels te vertalen. Terwijl het over inhoud zou moeten gaan. En de manier waarop literatuur kan zorgen voor empathie en verbinding.”
“We laten bovendien graag de ongehoorde stemmen horen, een zo divers mogelijk aanbod zonder dat heel erg te framen”, zegt zakelijk leider Stan van Herpen (Venray, 1968). Watershed richt zich met literaire talentontwikkeling op schrijvers uit heel Nederland. waarbij die uit Noord-Brabant en Limburg een streepje voor hebben. Hij hoopt dat Watershed de schrijvende zuiderlingen ook af kan helpen van hun – al dan niet valse – bescheidenheid. “Brabanders en Limburgers mogen best met wat meer zelfvertrouwen en rumoer naar buiten treden.”
Sinds 2015 timmert de stichting Watershed aan de weg met literaire avonden (bekendere auteurs als Simone van Saarloos, Arjen Lubach en Erik Jan Harmens, afgewisseld met onbekendere auteurs), de Camp Cushy-schrijfkampen, een podcast en andere activiteiten. De provincie Noord-Brabant heeft de stichting een subsidie van honderdduizend euro toegekend voor de komende twee jaar. De gemeente Eindhoven steunt Watershed al twee jaar. Een aanvraag voor een structurele bijdrage van het Nederlands Letterenfonds loopt.
Gagnon kwam in 1999 vanwege haar studie drie maanden naar Nederland. Tien jaar later kwam ze terug om te blijven; sinds twee jaar is ze Nederlandse. Ze schrijft al vanaf jonge leeftijd. “Ik heb een nogal bijzondere jeugd gehad. In mijn eerste jaren ben ik met mijn vader door de Verenigde Staten getrokken. Hij beschouwde zich als een uitvinder, maar was eigenlijk een beetje koekoek. Als puber kwam ik in pleeggezinnen terecht, eigenlijk al te oud om nog goed in dat systeem te passen. Schrijven maakte mijn ervaringen minder heftig. Het ongrijpbare probeerde je te vatten in woorden. Dat leidde tot begrip en inzicht.”
Als volwassene bleef ze de drang voelen om te schrijven. Maar ze vond het moeilijk om haar stem te vinden en gehoord te worden. “Hoe til je memoir-achtige teksten bijvoorbeeld naar het niveau van literatuur? Iedereen kan de ervaringen van zijn grootvader bij Philips opschrijven, maar het krijgt pas echt meerwaarde wanneer het door het universele of juist heel specifieke karakter een verhaal wordt, waar mensen iets bij voelen en zich mee gaan associëren.” Met die zoektocht worstelde ze zelf. “En dan heb je het pas over punt A op weg naar een serieus schrijverschap. Daarna moet je nog langs punt B, C, D, E, F en verder.”
In de kern mag schrijven een solitaire bezigheid zijn, het samenbrengen van auteurs kan veel extra’s bieden, is Gagnons overtuiging. Daarom organiseerde ze vijf jaar geleden haar eerste literaire activiteit in Eindhoven. Een jaar later was de stichting Watershed een feit. Omdat de organisatie haar na aan het hart ligt, werd het een Engelse naam. “Die staat niet alleen voor waterscheiding maar ook voor het allerlaatste moment voor een glas overloopt, als het water er een beetje bollend bovenuit steekt.”
Ja, Watershed ontstond uit de door haarzelf als schrijver gevoelde behoeften. “Maar laat het vooral niet op een soort zelfhulp lijken. We willen wel een alternatief bieden voor het meer competitieve, literaire klimaat in de Randstad. Mogelijkheden bieden tot samenwerken in een veilige omgeving in plaats van elkaar vliegen afvangen.”
Al het organiseren van de laatste jaren heeft haar eigen schrijven wel een beetje op het tweede plan gezet. Ook de komende tijd gaat het grote Gagnon-boek er nog niet komen. Het blijft vooralsnog bij korte verhalen zoals verzameld in haar bundel Left. Naast haar werk voor Watershed geeft ze schrijfworkshops op de kunstacademie St. Joost (Breda, Den Bosch) en de bacheloropleiding van SintLucas (Eindhoven). Ook werkt ze aan een one woman show.
Gagnon werd in de VS opgeleid als interdisciplinair kunstenaar; met die blik kijkt ze ook graag naar literatuur. Ze is wars van de letteren als afgesloten reservaat. “We werken samen met het Parktheater, het Van Abbemuseum, kunstpodium MU en vanaf dit jaar met De Effenaar. Over de grenzen van de kunstdisciplines heen.”
Met het nieuwe jaar dienen zich nieuwe ambities aan. Naast Camp Cushy van een week zijn er vanaf nu ook bijeenkomsten van twee dagen voor mensen met schrijfambities, onder de naam Weekend Warriors. Van Herpen: “We gaan actiever op zoek naar jonger talent in het zuiden, naar zestien-, zeventienjarigen. Om ervoor te zorgen dat ze eerder boven komen drijven.”
Met de Tilburgse literatuurinitiatieven Tilt en Poetry Circle is Watershed bovendien een Talent Hub gestart voor iets oudere beloftes. Zes aankomende schrijvers krijgen daarbij een intensief begeleidingstraject. Dat bestaat onder meer uit mentorschappen van auteurs van naam en maandelijkse samenkomsten met de andere geselecteerden.
Watersheds ultieme droom is een Writers Work Centre, waar alle activiteiten een vaste plek kunnen krijg. Gagnon: “En waar een aantal schrijvers voor een paar maanden kunnen neerstrijken om te werken en om elkaar te inspireren. Een oud klooster of een oude fabriek zou mooi zijn. Liefst niet erg afgelegen, maar in de stad, zodat die dynamiek ook binnenkomt.”
Van Herpen heeft nog iets in zijn hoofd. Het bevreemdt hem dat Nederlandstalige literatuur – op uitzonderingen als Het diner van Herman Koch na – zelden succes heeft in de Engelstalige wereld. “Ik ben er van overtuigd dat er daarom nog nooit een Nederlander of een Vlaming de Nobelprijs voor literatuur heeft gewonnen. Goed verkopende vertalingen in het Duits en het Frans zijn er wel volop. In het Engels zijn ze er nauwelijks. Misschien proberen uitgevers het te veel van bovenaf. Met Watershed zou ik het van onderop willen proberen. Eén keer per jaar fragmenten van de beste Nederlandstalige schrijvers van dat moment in één tijdschrift getiteld Ugly Candy. En dat dan in een oplage van pakweg twintigduizend via kleine underground-uitgeverijen en -boekhandels in de VS zijn weg laten vinden naar de lezers.”
Watershed – op 5/2 met Steen, Papier, Schaar in Pand P in Eindhoven, op 14/2, 18/2 en 28/2 met Visible Action in Pand P Eindhoven, op 8/3 met Art & Feminism, Wiki-edit-a-thon ism met MU in Pand P Eindhoven. Info: stichtingwatershed.nl