Kan een kom, een tafel of een theemuts een mens gelukkiger maken. Kan design de kloof overbruggen tussen zondagskinderen en pechvogels? Petra Janssen en Simone Kramer van Social Label menen van wel. “Ons doel”, zeggen ze tegen ANNEKE VAN WOLFSWINKEL, “is dat we het woord ‘social’ niet meer nodig hebben.”
De Tramkade in Den Bosch is een ruig terrein vlakbij het spoor, waar werkplaatsen en fabrieksgebouwtjes een klein doolhof vormen en de kraan van de oude veevoederfabriek fier staat weg te roesten. Hart van dit terrein is het WerkWarenHuis, de thuisbasis van Social Label. Binnen is alles lichtroze: wanden, plafond, pilaren en radiatoren. Het kleurt goed bij het grijs van de Piet Hein Eek-tafels van het restaurant.
“Toen we hier introkken hebben we de ruimte helemaal leeg gemaakt en met een verfspuit alles in één middag roze gespoten”, vertelt Simone Kramer. De babykamerkleur doet gek genoeg niets af aan het robuuste karakter van het interieur. Hooguit wordt het er iets gemoedelijker van.”
Simone Kramer en Petra Janssen van Social Label zitten aan een door Eek ontworpen tafeldie door mensen met een arbeidsbeperking in elkaar kunnen worden gezet. Zoals de werknemers van de Tilburgse houtwerkplaats Woodworks, die Hout, het eerste Social Label-product uit 2012, produceren. Petra Janssen: “Wij ontwerpen arbeid. Dat doen we samen met zorgorganisaties, sociale werkplaatsen en toonaangevende ontwerpers. We werken samen met sociale werkplaatsen, en onderzoeken wie daar werken. Wat kunnen ze goed, met welke materialen en machines werken ze? Wat willen de werkplaatsen anders? Meer zelfvoorzienend en ondernemend worden, vakmanschap ontwikkelen? Als we dat duidelijk hebben, vragen we een ontwerper om samen met de mensen in die werkplaats een product te ontwikkelen en te maken.”
Zo maakte ontwerper Dick van Hoff met buurtbeheerbedrijf Cambio in Deventer de bezem Veeg, gemaakt van gerecyclede fietsframes. De makers zijn, in ambtenarentaal, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ze vegen de wijk schoon en ruimen fietswrakken op. Nu lassen ze fietsframes om tot designbezems, waarmee ze toewerken naar een lasdiploma.
Een ander voorbeeld is het servies Kom. Cliënten van zorgaanbieders Cello en Reinier van Arkel in Den Bosch vertelden Edwin Vollebergh (Studio Boot) over hun tegenslagen en hun dromen. Hij verbeeldde die verhalen in 250 tekeningen met een knipoog naar het tatoeage-repertoire. De cliënten componeren met die ‘plakplaatjes’ unieke patronen op borden en kopjes.
Zo komen de producten van Social Label tot stand. Ze worden opgepikt door interieurbladen en zijn te zien op grote designevenementen in Eindhoven, Milaan en Londen. De makers zien hun wereld groter worden, en zijn apetrots. Kramer: “Iets maken waar je trots op bent is essentieel om gelukkig te worden.” En het is geen voorwaarde om ‘creatief’ te zijn. Kramer: “Voor de schorten van Borre Akkersdijk moeten eerst oude De Waard-tenten ontmanteld worden. Dat werk is ook een zinvolle bijdrage aan het eindproduct.”
Volgens de Social Label-filosofie is een andere manier van denken over werk hard nodig. Janssen: “De focus in de productie komt steeds meer te liggen op efficiëntie en snelheid. Veel mensen die graag met hun handen werken, kunnen dat niet bijbenen en komen aan de kant te staan. In familiebedrijven, waarvan er ook in Brabant nog een paar bestaan, is het familiedenken nog voelbaar, daar zorgen mensen voor elkaar. Eigenlijk zijn wij gewoon het nieuwe familiebedrijf.”
Inmiddels heeft Social Label in ruim zes jaar tien designproducten ontwikkeld bij twaalf werkplaatsen. Is de nieuwe maatschappij daarmee wat dichterbij gekomen? “We hebben nog een lange weg te gaan”, zegt Kramer. “Maar we zien wel dat het niet meer alleen de werkplaatsmeesters of zorgdirecties zijn die ons benaderen, maar ook de gemeenten zelf. Ook daar voelt men de urgentie van verandering. In Helmond zijn we aan de slag gegaan, met Breda zijn we in gesprek, Amsterdam kwam op bezoek met een groepje grondig voorbereide ambtenaren. Als ik de budgetten in de zorg zie, denk ik: waarom laten ze die mensen vogelhuisjes timmeren? Dat is niet slim. Als je zorg, ontwerpers, sociale werkplaatsen en bedrijven bij elkaar brengt, kun je zo veel meer doen.” Kramer: “Ons doel is dat we ooit het woord ‘social’ niet meer nodig hebben, omdat de sociale manier van werken de standaard geworden is.”
Een nieuwe manier van weven
De Eindhovense ontwerpers Renee Mennen en Stefanie van Keijsteren vormen Studio Rens. Samen met de vrouwen die werken in de Handweverij van zorgorganisatie ASVZ in Tilburg, gevestigd op het terrein van het Textielmuseum, ontwikkelen ze voor Social Label een nieuwe designcollectie.
Van Keijsteren: “Vaak is het werk in een sociale werkplaats vooral dagbesteding, waardoor de producten een hoog knutselgehalte hebben. Wij vinden het heel mooi om de werkplaats als een professioneel bedrijf te benaderen. Want de technieken die deze vrouwen beheersen, beheersen ze heel goed. Het handmatig weven natuurlijk, maar sommigen kunnen ook goed borduren of punniken. Het is zo’n meerwaarde om de designwereld juist met deze mensen te koppelen, om zo samen hoogwaardige producten te maken. Renee en ik zijn al langer geïnteresseerd in manieren om productieprocessen te kunnen beïnvloeden. De vrouwen met een verstandelijke beperking die hier werken, hebben behoefte aan duidelijke kaders: te veel vrijheid vinden ze niet prettig. Wij maken ons ontwerp op zo’n manier dat iedereen binnen die kaders toch een eigen draai aan het werk kan geven. Wat we precies gaan maken willen we nog even als verrassing houden, maar we gaan in elk geval werken met een nieuwe manier van weven. Met de vaardigheden die ze beheersen, gaan de vrouwen iets maken dat toch helemaal nieuw voor ze is.”