Een klassieke boekhandel blijven en toch meebewegen met de tijdgeest. Nu oprichter/eigenaar Robert-Jan Wesly met pensioen gaat, begint boekhandel De Tribune in Maastricht aan een nieuw tijdperk.

Lange tijd, tot rond 1900 de emancipatie der kleine luyden begon, was lezen een elitaire bezigheid. Dat verleden zou ook wel eens de toekomst kunnen zijn, vreest Henk Groenewegen van boekhandel De Tribune in Maastricht. “Er is te veel ander, makkelijker vermaak.”

Het is een teloorgang die hij betreurt, maar wel begrijpt. De geneugten van het lezen komen niet uit de lucht vallen. Je moet je ervoor inspannen. “Maar als je het vliegwiel eenmaal op gang hebt gebracht, krijg je meer terug dan je erin hebt gestopt.”

Die boodschap komt nog amper aan in een tijd waar alles draait om het hier en nu, weet ook Groenewegen. Dat hij samen met zijn drie collega-verkopers en zijn werkgever, oprichter/eigenaar Robert-Jan Wesly, in dit artikel zit, heeft met diezelfde toekomst te maken. Wesly, 68, gaat binnenkort met pensioen. De Tribune gaat, zo is het plan, op in een stichting die de vier werknemers, behalve Groenewegen zijn dat Jérôme Smeets, Wim Janssen en de bij dit gesprek niet aanwezige Anita Joosten, emplooi zal bieden. Wesly krijgt dus vier opvolgers. “We hebben elkaar diep in de ogen gekeken”, vertelt Groenewegen, “en ons afgevraagd: wie van ons vieren is ondernemer genoeg om de boekhandel over te nemen? Het antwoordt luidde: niemand. Met zijn vieren kunnen we dat wel.”

Deze maand 41 jaar geleden begon Robert-Jan Wesly samen met vriend en collega Paul Westerneng boekhandel De Tribune, toen nog aan de Brusselsestraat, net buiten het centrum van Maastricht. “We werkten in Amsterdam, bij een kiosk annex boekhandel op het Damrak. Door het werk en andere gedeelde interesses raakten we bevriend. Op enig moment riep Paul: ‘Ze bekijken het maar, we beginnen voor onszelf.’ Ik stond net op het punt om van studie te veranderen: Nederlands in plaats van bouwkunde.”

De twee vrienden begonnen voor zichzelf, in Robert-Jans geboortestad Maastricht, al duurde de samenwerking niet lang. Na anderhalf jaar stapte Westerneng eruit. In 1982 verhuisde De Tribune naar de Kapoenstraat, de huidige locatie in het centrum van de stad. Maastricht had in die jaren zeven à acht boekhandels. Nu zijn er nog twee. Het vloeroppervlak was ruim vijftig vierkante meter; inmiddels zijn het er 150, in een over twee panden uitgesmeerde kruip-door-sluip-door-winkel waar de gradenboog zelden op negentig graden uitkomt en de waterpas zelden in balans. Toch staan er, schat Wesly, zo’n 15.000 tot 20.000 titels, in kasten die boekhoudkundig al vele jaren geleden zijn afgeschreven.

Bij De Tribune ademt alles boeken, de rest van de wereld valt van je af als de rinkelende winkeldeur achter je dichtvalt. Het is de bijna sacrale sfeer van de klassieke boekhandel, waar alleen het boek en niets anders dan het boek centraal staat, die de klanten zo goed bevalt, leggen de vier uit.

Gevraagd naar de belangrijkste ontwikkelingen van de laatste tien jaar, noemt Wesly als eerste de vergrijzing van het klantenbestand. “Net als bij ons”, wijst Groenwegen lachend naar zijn eigen hoofdbedekking. Het aanbod bleef de laatste decennia onveranderd. Voor kinderboeken verwees De Tribune de klanten door naar de daarin gespecialiseerde, maar intussen gestopte Boekenwurm. Een afdeling Young Adults, bij andere boekhandels een trekker van jonge lezers, heeft de Tribune (nog) niet. Geen ruimte, en we weten er te weinig van af, is de verklaring. Een koffiehoek is er evenmin: waar zou die moeten komen?

De Tribune houdt vast aan het profiel van de klassieke literaire boekhandel, je vangt er zelden bot op het gebied van literatuur, poëzie, literaire non-fictie, architectuur en filosofie. Het zijn net de categorieën waar in boekenland de klad in zit.

De omzet van de Nederlandse boekhandels mag dan alweer vier jaar licht stijgen, behalve in prijsverhogingen zit de groei vooral in de verkoop van non-books: leesbrillen, mokken, paraplu’s en andere gadgets. Bij De Tribune zoek je ze vergeefs; Wesly wil uitsluitend boeken verkopen. In het ‘betere’ segment. Geen bio’s van bekende voetballers en geen soaps, zoals De zeven zussen van Lucinda Riley en Vijftig tinten grijs. “Nadat er, bij wijze van spreken, vijftig keer naar was gevraagd, hebben we een exemplaar in de winkel gezet”, zegt Smeets. Het ging niet van harte. Wesly: “We willen niet dat ze de ruimte innemen van de boeken die we wel de moeite waard vinden. Dan ontstaat een winkel die we niet willen.” Groenewegen: “Onze klandizie komt voort uit ons aanbod. We kunnen internet niet verslaan in aantallen boeken, wel in serieuze aandacht voor de individuele klant. Daar kun je geen algoritme op loslaten.”

Waarmee de tweede grote verandering in de laatste tien jaar is benoemd: de online verkoop. Vergrijzing en internet hebben bij De Tribune gezorgd voor een gestage omzetdaling van gemiddeld zo’n drie procent per jaar. “Maar we hebben nog steeds een prima resultaat”, zegt Wesly, door uitgekiend voorraadbeheer en het terugdringen van de kosten, ook in personeel. Maar de ‘plankklevers’ blijven, bij De Tribune worden boeken niet na zes maanden uit het bestand gehaald. Wesly: “We blijven ook na een paar jaar gewoon bijbestellen, ook al is dat economisch gezien onzinnig.” Janssen: “Misschien moet je hier ‘on’ vervangen door ‘eigen’.”

Toch komt, zij het schoorvoetend, de erkenning dat je niet eindeloos genoegen kunt nemen met een jaarlijkse omzetdaling. De vergelijking met de beroemde zin uit De tijgerkat van Tomasi di Lampedusa dringt zich op: “Als we willen dat het blijft zoals het is, moet alles anders.” In de nieuwe constellatie, als De Tribune is ondergebracht in een stichting, zijn aanpassingen onontbeerlijk, zegt Groenewegen. “Maar het zullen accentverschuivingen zijn, geen haakse bochten.” De twee kasten met poëzie zullen blijven, de slecht verkopende afdeling architectuur kan wellicht kleiner. Een andere, grotere behuizing zou ook een uitkomst zijn, Wesly heeft al eens rondgekeken. Maar een leegstaand winkelpand dat ook nog eens betaalbaar is, heeft hij nog steeds niet gevonden.

Dit is de elfde en laatste aflevering in een reeks over boekhandels in tijden van internet en ontlezing.