Als licht neurotische controlfreak haal ik veel plezier uit het opstellen van lijstjes. Je kunt het zo gek niet bedenken of ik heb er wel een lijstje voor. Een greep uit het notitieblok op mijn telefoon: een boodschappenlijstje, een kijk-lees-luisterlijstje, een cadeau-wensenlijstje, een bezoekersaantallenlijstje, een ‘mooie namen voor mijn toekomstige kind’-lijstje, een ‘dingen waarvan ik vind dat ik ze voor mijn dertigste gedaan moet hebben’-lijstje, en het onvermijdelijke ‘hoeveel migrainepillen had ik deze maand nodig’-lijstje. Dit alles met verschillende subcategorieën én kleurcodering.
In een recente vlaag van digitale opruimwoede stuitte ik op mijn ‘goede voornemens voor 2018’-lijstje. Even overwoog ik om mezelf de confrontatie met het cliché van niet nagekomen voornemens te besparen, maar de nieuwsgierigheid won. Er prijkten vijf punten op dit lijstje waarvan met name de eerste drie me aanzwellende hoofdpijn bezorgden. Er stond namelijk drie keer onder elkaar: ‘vaker naar de sportschool’. De vierde was ‘minder streng zijn voor mezelf’ en nummer vijf was ‘geen vlees meer eten’. Op alle vijf punten tot in de derde macht gefaald.
Terwijl ik me opnieuw verbaasde over de paradox van mijn militante perfectionisme aan de ene kant en mijn complete onvermogen om voor mezelf te zorgen aan de andere, maakte ik alvast een nieuw lijstje aan met als titel: ‘voornemens voor 2019 die waarschijnlijk wél gaan slagen omdat ik ze daadwerkelijk leuk vind’. Misschien een minder uitdagende invalshoek voor dit oeroude concept, maar hoe leuk zou het zijn om op 31 december 2019 tevreden te kijken naar een hele rits voornemens die wél zijn volbracht? Klein geluk, gerealiseerd door een lijstje vol verlangen in plaats van schuldgevoel. Daar gaan we:
- Twee boeken per maand lezen waarvan er minstens één niks met mijn werk te maken heeft.
- Niet meer naar toneelstukken gaan kijken waarvan ik vind dat ik ze zou ‘moeten’ zien.
- In de tijd die ik daarmee bespaar minstens een paar keer naar moderne dansvoorstellingen, want daar word ik blij van (al ga ik nooit).
- Minder vaak het vliegtuig pakken.
- In plaats daarvan dagtripjes plannen in Nederland rondom exposities die ik wil zien.
- Meer Netflix, minder Instagram.
- Mijn eigenwaarde niet meer zo afhankelijk laten zijn van mijn productiviteit.
- Het ‘dingen waarvan ik vind dat ik ze voor mijn dertigste gedaan moet hebben’-lijstje verwijderen van mijn telefoon.
- Meer zondagen in het bos.
- Uitvogelen hoe mijn oven werkt.
Moet lukken. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik hierna ook nog een lijstje maakte met wat allemaal wel goed ging in 2018 en eentje met plekken in Nederland die ik graag nog eens zou willen bezoeken in het kader van punt 5 (Noord-Brabant bleek de grote onontdekte parel met maar liefst drie gewenste bestemmingen). Ik werd er bijzonder vrolijk van.
Als u dit leest is het nieuwe jaar al begonnen, misschien is het vandaag zelfs ‘Blue Monday’ en heeft u stiekem alweer een pakje sigaretten gekocht. Wees wat minder streng voor uzelf. Er wachten 364 betere dagen. Ik wens u een prachtig 2019.