Hoe is het om in deze tijd achttien te zijn, en elke avond vanaf 9 uur huisarrest te hebben? WIDO SMEETS vroeg het zich af. ‘Burgeroorlog? Waar? Hier?’
Van een vorig jaar overleden collega herinner ik mij dat hij een keer halverwege de ochtend door de hoofdredacteur in zijn ‘hok’ werd geroepen. ‘Van der Putten, heb je even?’
Iedereen op de redactie wist wat er ging gebeuren. Van der Putten (niet zijn echte naam, uiteraard) had een scheve schaats gereden. Op de televisiepagina stond bij de aankondiging van, laten we zeggen, Ron’s Honeymoonquiz (gokje) een foto van schlagerzanger Dennie Christian, bekend van de hit Hoeba hoeba hop, in een skelter, gehelmd en wel. Collega Van der Putten had twee woorden toegevoegd aan het onderschrift: ‘Schlagerzanger Dennie Christian, gelukkig onherkenbaar met integraalhelm, doet vanavond mee aan Ron’s Honeymoonquiz.’
De hoofdredacteur dacht daar anders over. Van dat soort humor zijn onze lezers niet gediend, vond hij – kort samengevat. Van der Putten gaf overigens geen krimp. Geintje, vond hij. Moest kunnen. We vermoedden dat de hoofdredacteur er die ochtend, thuis, achter zijn gekookt eitje, hartelijk om had zitten lachen.
Kranten maken is mensenwerk, ze zitten er wel eens naast. De verschrijvingen zijn zelden opzettelijk, zoals bij collega Van der Putten. En ach, die Dennie Christian vroeg erom. Draai zijn muziek maar eens.
Afgelopen maandag opende De Limburger met de kop Nederland tegen de avondklok. Die kop was voor 89 procent onjuist – dat is namelijk het percentage Nederlanders dat achter de avondklok staat. De misser was extra bedenkelijk omdat zo’n kop relschoppers kan laten denken door te kunnen gaan met binnensteden slopen en ziekenhuizen bekogelen. De rest van Nederland is immers ook tegen de avondklok, het stond in de krant.
Laten we hopen dat op de redactie van De Limburger die ochtend een van der Putten-momentje plaatshad. Drie dagen later sloeg de journalistieke slinger een andere kant op, met de openingskop Kaarsje als tegenhanger geweld. De 89 procent kwam alsnog aan het woord.
Toch waren ook mijn gedachten bij die 11 procent, met name bij de jongeren. Verreweg het merendeel is geen relschopper, maar zit zich thuis dood te vervelen wegens een afgeschafte basisbeurs, een weggevallen bijbaantje in de horeca en de scholen die dicht zijn. Wie wil er nou les via Zoom of college via Meet?
Het kleine gedeelte van die 11 procent dat wel ging lopen keten bestaat, gezien het straatbeeld, uit jonge jongens – geen meisjes, het glazen plafond in de relschopperij is van graniet. Ze zijn wel van alle gezindten en kleuren, qua diversiteit en inclusie zijn het modelburgers.
Ik probeerde me voor te stellen hoe ík indertijd gereageerd zou hebben, als 18-jarige, bij de mededeling dat de kroeg, mijn thuis in die jaren, voor langere tijd op slot ging. Nou, da’s mooi kut! Omdat je thuis, bij je übersuffe ouders, nog niet dood gevonden wilde worden, hing je tot na middernacht op straat. Buil shag (Drum, geen Samson) in de bovenzak, blikje bier in de hand. Tussen het roken en het drinken verkocht je elkaar nog wat wezenloze praat – ach, er viel mee te leven, zolang het maar niet te lang duurde.
Vervolgens kwam de avondklok er nog overheen. Vanaf negen uur. Negen uur! Da’s halverwege de dag!
Ik heb wel fantasieën over wat ik toen gedaan zou hebben, het lijkt me beter die hier niet te delen.
Dan is er nog de meerderheid van 15,2 miljoen avondklok-gedogers. Ook daar zitten heel wat jongens, én meisjes, bij die dat hele huisarrest niks uitmaakt omdat ze ’s avonds om negen uur toch al binnen zijn. Ze wonen nog bij hun ouders. Vinden ze gezellig, ook al studeren ze 100 kilometer verderop. Twee keer per dag in een stinkende trein is geen probleem, want om zes uur staat het eten op tafel. Vinden ze wel zo makkelijk. De was wordt voor ze gedaan, het bed verschoond. En ’s zomers gaan ze samen met hun ouders op vakantie. Vinden ze gezellig, makkelijk én goedkoop.
Het zijn, zogezegd, geen types die plunderend en brandschattend door binnensteden trekken.
WIDO SMEETS
w.smeets@zuiderlucht.eu