Het eerste weekend van augustus was zeer geschikt voor de bios. Ik kan me niet herinneren ooit eerder in de zomermaanden naar de film te zijn geweest. De overtollige regenval dreef ons echter gedwee naar het rode pluche in de donkere zaal. Heerlijk.
Het werd Oppenheimer. Een beklemmend verhaal over de drijfveren en angsten van natuurkundigen die laveren tussen wat kan, wat mag en wat moet – of niet natuurlijk. En dat in tijden waarin de VS de rol van zowel de grote wereldleider als de angstvallige eigenheimer in nam.
Succes en twijfel staan elkaar voortdurend in de weg. Wetenschap in theorie, wetenschap in praktijk. Waar liggen de grenzen? Wat gebeurt er als? Kun je echt vernieuwen als je van tevoren weet wat de uitkomst is? En wie draagt straks de gevolgen?
Met aquarel penseelde ik in 2003 vijftien letters in een raster van vier bij vier. Bleef er één plekje over. Daar heb ik toen een punt van gemaakt. Om het beeldend in evenwicht te brengen. Vond ik toch beter dan een raster van drie bij vijf.
Ik kan zoveel niet verklaren.