Je adem schuurt je keel als ik je wang zacht streel naast me op het kussen. Je slaapt, maar ook weer niet. Wat je voelt, wil je niet zeggen. Niet steeds opnieuw, niet almaar weer. Soms is het weg.
Ik zat in het zand hoog aan de Maas bij de kanoclub. Wachtend. Verslagen gaat niets door je heen.
Toen we later samen de draaideur verlieten en in een stralende zon de parkeerplaats op liepen, was ik weer die ander. Ik weet niet waarom dit nu boven komt drijven. Mag ik dit zo wel delen?

De dag, 2022, potlood-papier, 32,5-25 cm