Het Missiemuseum in Steyl bracht de eerste “echte” beelden bij me van verre, uitheemse landen. Ik herinner me vooral de duizenden vlinders in allerhande kleuren en formaten uiterst secuur met speldjes geprikt in eindeloos uitgestalde glazen vitrines. Houten sculpturen of maskers kan ik me niet meer heugen.
Niet-westerse maskers en beelden gingen pas leven nadat ik werk zag van Europese kunstenaars als Picasso, de Cobra-schilders en nog later Reinier Lucassen. Bij Albert Verkade thuis zag ik, naast het zeer kwetsbare materiaal waaruit ze zijn gemaakt, ook de schoonheid en symboliek van deze bezwerende gebruiksvoorwerpen uit Afrika en Azië.
Als Albert een drankje haalt, kijk ik vanaf zijn bovenkamer door het raam naar de einder van Schiedam. Ik weet dat ginds de zee tegen de duinen slaat. Achter me wordt ritueel gedanst.