De eerste jaren van mijn kunstenaarsbestaan werkte ik part time bij een komkommerteler, Sjaak bij een rozenkweker. We deelden het dorp waar onze ateliers gevestigd waren en hebben nogal wat uren zitten kijken, roken en kletsen over al onze werken en plannen. Enkele performances rolden uit onze koker waarbij beeld, geluid/muziek en tekst onze ideeën enigszins beteugelden. De wereld een grabbelton van kunst; onze wereld, onze kunst.
Bijna veertig jaar later toonde Sjaak zijn sleutelwerken op papier bij Galerie PontArte in Maastricht. Behoedzaam, ingetogen en met oog voor detail liet hij me zien wat het voor hem betekent stil te staan bij de schoonheid en intensiteit van alledaagse snippers en krabbels. Alsof het hem overkomt, wat geenszins het geval is.
Bewustwording. Ik proef dezelfde Sjaak, maar voller van smaak. Aan de telefoon vertelde hij me deze week de komende jaren nog intensiever met zijn beeldend werk aan de slag te gaan. We tellen af en denken nog van alles te vinden. Hoop doet leven, tellen ook.