Met het rijbewijs net op zak en in de auto van mijn ouders, reden we, vriendinnen en broer, één keer per jaar naar mijn grootouders die in hetzelfde dorp een uurtje rijden bij ons vandaan woonden. Na het gebruikelijke kopje koffie en een koekje, vielen er meestal ongemakkelijke stiltes. Zowel onderwerpen als directe naasten lagen nogal ver uit elkaar. Met je handen gevouwen in je schoot, zit ik naast je op de bank. Het zondagochtend-kopje koffie bij mijn moeder verloopt...

geluksvogel illustratie

Dit artikel is alleen toegankelijk voor Zout-abonnees.

Log in als u al abonnee bent of klik hier als u het wil worden.
Zout bestaat dankzij lezers zoals u. In 2025 zoeken wij 1200 abonnees. Sluit u nu aan!

Abonneer nu