Als kind keek ik met verbazing en verwondering naar de naaipatronen die mijn moeder verknipte tot afzonderlijke stukken welke, eenmaal “gekopieerd” naar stof en aan elkaar gestikt, vergroeide tot een broek, blouse, jurk etc. De knip-en-naai-fase kon me eigenlijk gestolen worden; het was die wirwar van zwarte strepen, stippelpatronen, gekleurde lijnen en hier en daar wat verdwaalde letters en cijfers die me mateloos fascineerde.
Nog steeds kijk ik met veel belangstelling naar printplaten uit elektrische apparaten. Al die verbindingen, lasnaadjes, kleurcodes op transformators en weerstandjes; wat een feest voor het oog.
Ver voorbij het eigenlijke doel, kan ik er alles van maken.
Mijn hoofd, onmetelijk groots van binnen.