De Schotse zanger Fish (ex-Marillion) komt naar Weert voor een akoestisch optreden. Leon Verdonschot luisterde het bandje terug met de opnamen van Fish’ eerste soloconcert in Limburg in 1991. “Als ik de opname terugluister, klinkt het nog steeds als een moment waarin alle opwinding zit besloten die popmuziek kan voortbrengen.”

door Leon Verdonschot

Het was koud op 18 december 1991. Dat weet ik nog goed, want uren hebben we buiten gestaan, op de trappen van de Hanenhof in Geleen, met een spandoek om Fish welkom te heten. Dat stond dan ook op het spandoek: Welcome Fish. In de letters van zijn logo. De beloning van het wachten was een enthousiast zwaaiende Fish. Dat vonden we genoeg.

We hadden in de rij gelegen voor het kantoor van Buro Pinkpop. Zelf had ik al kaartjes, want ik was lid van de fanclub, en die had de helft van beschikbare 1500 kaarten opgekocht. Die resterende 750, het zou een kwestie van hooguit luttele uren zijn, had ik mijn vrienden gewaarschuwd, en samen lagen we om zeven uur al in de Lijsterstraat in Geleen, voor het Pinkpop-kantoor. Jan Smeets was erg verbaasd toen hij uren later kwam voorrijden. We waren toen nog steeds de enige aanwezigen, de verwachte rij bestond alleen uit onszelf. Uiteindelijk waren zelfs de avond zelf nog een paar kaarten te koop aan de kassa.
Een vriend van me heeft het opgenomen, dat hele eerste soloconcert van Fish in Limburg. Ik heb dat bandje ontelbare keren gedraaid. En zojuist heb ik het teruggeluisterd.
Ik weet niet hoe het komt, maar de opname is te snel. Daardoor past het hele concert op een tape van 90 minuten. In werkelijkheid speelde Fish die avond langer. Die snelheid heeft een rare consequentie: Fish klinkt hoger dan hij in werkelijkheid zong.
Maar wat me vooral opviel, is dat die avond werkelijk magisch was. Niet alleen in mijn herinnering, maar ook verifieerbaar, twee decennia later, op een opname.
Fish had Marillion verlaten op het hoogtepunt van de roem van die band, en had zijn tweede album uit, Internal Exile. Zijn debuut was een opvallend rustige, maar erg mooie en zeer coherente plaat. Deze nieuwe was grilliger, en schoot van harde, donkere symfonische rock naar folk. Er staat zelfs een cover op met een beat eronder. Live had hij er precies de juiste nummers uitgekozen, en die wisselde hij af met de inmiddels als klassiekers onthaalde nummer van zijn solodebuut, en een paar Marillion-krakers. Dat wist ik, want ik was de dag ervoor al geweest, in een uitverkocht muziekcentrum Vredenburg in Utrecht. Daarom wist ik ook wat ik mijn vrienden niet had verteld: dat Fish niet op het podium zou beginnen, maar in de zaal, midden tussen het publiek. Als ik nu, bijna twintig jaar later, de opname terugluister, klinkt het nog steeds als een moment waarin alle opwinding zit besloten die popmuziek kan voortbrengen. Ik hoor het gejuich wanneer de zaallichten doven, het nieuwe applaus wanneer het intro van Vigil door de speakers klinkt, en nog een keer het applaus bij de openingswoorden van Fish: “Listen to me / If I could have your attention.” En dan gebeurt er iets bijzonders: hoorbare verwarring. Vijftienhonderd mensen die kijken naar een podium waarop de man ontbreekt die ze horen, met wie ze nu al meezingen. Het besef dat hij tussen ze in staat, kom met een vertraging. Exact bij de woorden “A voice in the crowd” weet de Hanenhof het: Fish doet wat hij zingt. Opnieuw zingt hij het, maar dan dieper: “In the crowd.” Het gejuich is extatisch.
Ik heb dit daarna nooit meer meegemaakt: een artiest die het publiek al vast heeft nog voor hij het podium heeft betreden. Naarmate de tournee duurde, wisten meer mensen in het publiek al vooraf dat Fish niet zou opkomen via het podium. Een maand later speelde hij vier avonden in Tivoli in Utrecht, en stond de hele zaal al bij aanvang met de rug richting podium.
Ook de rest van het cassettebandje, zo merk ik, lang houdt Fish die aandacht vast. Hij vertelt grappige verhalen om nummers in te leiden, reageert op opmerkingen uit de zaal, laat de Hanenhof springen en meezingen.
Hij is nog vaak terug in Limburg geweest, Fish, op Bospop, in diezelfde Hanenhof, in de popzaal van de Schouwburg in Sittard, op Pinkpop Classic. Ik was bij al die optredens. Soms waren ze sterk, soms niet best. Hij heeft nooit meer een album gemaakt dat zonder enige kanttekening goed was, zijn stem heeft hoorbaar geleden onder zijn levensstijl, zijn band bestond soms uit houthakkers van muzikanten. Hij gaat nu akoestisch op tour. Een goede keuze: dan kan hij het houden bij octaven die hij nog haalt, en tussendoor de verhalenverteller uithangen die hij als geen ander is. Fish, de man die kon toveren met een zaal, en dat deed in Geleen, in 1991.

Fish speelt 16 november in de Bosuil in Weert.