Wissel
Ik dacht dat je hier langs zou komen, liefste,
dat – ook al was je hier slechts één keer –
ik je komst vast had kunnen houden, zoals een park
een bank met daarop de naam, ter herinnering,
van de vrouw met haar hondje die immer lachte
Maar dit gedicht moet het stellen zonder jou.
De bomen zijn er. De wandelpaden. De vijver. Nu
de zomer op haar einde loopt is dit nog schrijnender.
Het valt niet meer te achterhalen van welke boom
gevallen bladeren vielen, of wat het water spiegelde
toen de wind nog niet was opgestoken. En ook ik
zo lijkt het, heb nooit geweten wie je was en waar
ik hoopte je te vinden, vond ik niets & niemendal
Enkel wat verdwijnt, liefste, houdt voor altijd stand.
KOENRAAD GOUDESEUNE
Uit: Koenraad Goudeseune, Nagelaten gedichten
Met een inleiding van Benno Barnard en Rob Schouten
Uitgeverij Atlas/Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2022