Een paar weken geleden was ons Siciliaanse stadje in rep en roer. Ik hoorde het van vrienden en heb het meteen digitaal opgezocht in mijn lijfblad La Sicilia.

Wat was er gebeurd? Op maandag 16 november 2010 deed de politie een inval in een van de bekendste winkeltjes van Noto, een erboristeria (kruidenzaak) in het hartje van de stad. Uit de omliggende bars stroomden meteen tientallen mensen toe. En omdat de agenten zo lang binnen bleven en er geen mededelingen werden gedaan over hun aanwezigheid kwam de geruchtenstroom al snel op gang in de inmiddels gestaag groeiende menigte. Over de eigenaar, de 50-jarige kruidenmenger Salvatore Muscoiona: “Hij schijnt iets met de maffia te maken hebben.” “Ik heb hem al een paar dagen niet gezien. Misschien is hij wel vermoord.”

Toen de agenten na uren van onderzoek naar buiten kwamen en de winkel verzegelden, kwam ook de ware reden van hun bezoek in de openbaarheid: Muscoiona had met zijn kruidenmengsels vrouwen bedwelmd en ze daarna onzedelijk betast. “Dat zijn natuurlijk weer die vrouwelijke toeristen”, werd er meteen door de aanwezigen gemompeld. Nee dus. Het waren allemaal vrouwen uit Noto.

En hoe was de politie achter dit vergrijp gekomen?

In december 2009 had zich een vrouw op het bureau gemeld met het verhaal dat ze door Muscoiona achter in zijn winkeltje, waar hij ook een kleine massagesalon dreef, was ingewreven met een zalfje waar ze bedwelmd door raakte. Maar niet zo bedwelmd dat ze niet had gevoeld wat er gebeurde: “Hij heeft tegen mij aangeschurkt en mij overal aangeraakt.” Zoiets moet er in het politierapport staan. Op last van justitie zijn daarop in het geheim video- en audio-installaties in de winkel geplaatst. En ja hoor, een paar keren per week was het raak. Op de videobeelden zag de politie hoe de man zalfjes op de handen en het gezicht van zijn slachtoffers smeerde en hun zelf gebrouwen drankjes liet drinken.

Vreemd was alleen dat geen enkele vrouw op de beelden zich tegen die handelingen verzette en ook niet tegen zijn vrijages, zoals ik ze maar zal noemen. Pas op 16 november deed er opnieuw een vrouw aangifte, waarna de politie meteen kon ingrijpen. Waarom die andere vrouwen niets hadden gezegd? “We kunnen er ons niets van herinneren. Hij gebruikte verdovende middelen.”

De stad was een paar dagen in shock. En Salvatore Muscoiona? In La Sicilia van 4 december stond dat hij was overleden. Een hartaanval, zo wordt gezegd. Maar ik denk dat hij nog een laatste keer zijn kunstjes als kruidenmenger in de praktijk heeft gebracht en het hem is gelukt een fataal gifmengsel te brouwen en te drinken.

Om het fijne van de zaak te weten zou ik eigenlijk moeten bellen met een paar Siciliaanse vriendinnen, van wie ik weet dat ze vaker zalfjes bij hem kochten en erg over hem te spreken waren.

Maar dat durf ik niet.

PIETER BEEK