In 1937 werd een geschilderd landschap van zijn hand door de nazi’s als ‘entartet’ uit een museum in Duisburg verwijderd. 

Het zou ‘te Frans’ zijn – een compleet raadsel voor wie het oeuvre van Carl Schneiders bekijkt. Dat kan nu in zijn geboortestad Aken die hem eert met de overzichtsexpositie Noordnoordwest – Carl Schneiders, Aken en de zee.

Als 17-jarige trok Carl Schneiders (1905-1975) naar de Bauhaus-opleiding in Weimar waar Wassily Kandinsky hem liet kennismaken met de betekenis van de lijn en geometrische vormen zoals de cirkel, de driehoek en de cilinder. Paul Klee leerde hem om de natuur tot haar meest eenvoudige vormen te reduceren en liet hem experimenteren met de kleurschakeringen en complementaire contrasten. 

Daarna studeerde hij in Berlijn en reisde naar Parijs en de Provence om zich te laten inspireren door het zuidelijke licht en de kleuren in het werk van Corot en Cézanne. Terug in Berlijn ervoer hij de spanning tussen gearriveerde kunstenaars en de avantgarde – en werkte als een bezetene om tussen al die invloeden zijn eigen weg te vinden. 

Carl Schneiders, z.j, z.t.

Na de oorlog keerde hij terug naar Aken om daar een kunstacademie mee te helpen opzetten; hij kreeg tentoonstellingen in München, Düsseldorf, Rome en Milaan. In die tijd schilderde de architectenzoon Schneiders geometrische stadslandschappen, hoogspanningsmasten en het stuwmeer in de Rur. Het loslaten van de dieptewerking maakte zijn werk steeds abstracter – al zou de figuratie er nooit uit verdwijnen. De geometrie zorgt voor rust en de balans, de gelaagde textuur voor de spanning. 

Door de objecten – áls hij al mensen schilderde, bleef er weinig over dan contouren – zoveel mogelijk te ontdoen van hun betekenis, kon hij zich uitleven in vorm, compositie en kleur. De wetmatigheid dat het er niet om gaat wát je schildert, maar hóe je schildert, was aan hem wel besteed; anekdotiek krijgt geen kans. In zijn eigen woorden: ’Schilderen betekent voor mij het ordenen van de wereld.’

In de jaren 1958-68 reisde hij ’s zomers naar de Noordzee; voor veel Akenaren was Zeeland als een tweede thuis. De zee was een bron van inspiratie – maar niet vanwege sfeerbeelden en vergezichten. Hij schilderde van elke connotatie ontdane voorwerpen in een landschap. 

Noordnoordwest schenkt terecht veel aandacht aan Schneiders’ werkwijze. Hij begon met vrijwel abstracte houtskoolstudies, die hij vervolgens uitwerkte in tempera op papier. Pas daarna begon hij aan het schilderij – niet nadat hij het doek had geprepareerd met krijt; de zo ontstane korrelige textuur en de matte, vaak zandkleurige tinten maken deel uit van zijn handtekening. 

Nord Nordwest – Carl Schneiders, Aachen und das Meer. T/m 29.09 in het Suermondt Ludwig Museum in Aken. suermondtludwigmuseum.de