Ik dichter

Waar haalt hij het vandaan
Vroegen mijn ouders zich af
Toen ik – jonge man nog –
Vertelde dat ik dichter was

De een bedoelde
Dat heeft hij toch zeker niet van ons
De kunst

De ander
Hebben we daar
Die studie voor betaald

Terugkijkend – oude man nu –
Hadden ze elk op hun manier gelijk
Dichter was ik niet
En zal ik gelukkig ook nooit worden

Als student zat Pieter Beek (Maasniel, 1942) ooit met William Burroughs in de redactie van het Duits/Engels literatuurblad Klactoveedsedsteen. Een gedichtenreeks uit die jaren, De god-kick, werd in 1967 bekroond door een jury waar Hugo Claus en Hella Haasse deel van uitmaakten. De Arbeiderspers bundelde de reeks onder de titel Voor bruid en bruidegom. Een beschouwing over witte poëzie in het provotijdperk leverde hem een scheldtirade op van Harry Mulisch, die het Maoïstisch gewauwel noemde dat met kracht bestreden diende te worden. Van 1973 tot 1986 was Pieter Beek programmaleider bij de Regionale Omroep Zuid. Zijn poëzie wordt zelden gepubliceerd.