Servé
Hopelijk wordt het dit jaar wel een echt zomeravontuur: vissen op zwaardvis of tonijn. We hebben het in 2007 voor de eerste keer geprobeerd. Grote organisator was Servé, rond de vijftig, maar nog altijd iets van een kwajongen. Vakantie betekent voor hem niet alleen een beetje tot rust komen, maar ook actie, de hele dag in de weer, dingen organiseren.
En zo kwam Servé in 2007 op het idee om een vissersboot te regelen, waarmee we met een paar mensen de zee op zouden varen om eigenhandig een tonijn of toch minimaal een zwaardvis aan de haak te slaan. Tussen idee en uitvoering lag nog een gapend gat, maar dat wisten we nog niet toen we op een ochtend om zes uur met prachtig, windstil weer naar het kleine haventje van Calabernardo reden. We waren met een man of tien, Nederlanders en Italianen. Geen van ons had ervaring met vissen, laat staan met vissen op zee en dan ook nog eens op tonijn of zwaardvis. We waren dan ook allemaal ontzettend opgewonden, maar ook een beetje angstig gespannen over hoe dat avontuur zou aflopen.
Bij het haventje lagen twee bootjes op ons te wachten. Op elke boot een Siciliaanse bestuurder. Geen idee of het vissers waren. Maar ik begreep toen wel al dat we die dag geen tonijn en ook geen zwaardvis zouden vangen, want op de bootjes zag ik nergens een net, zelfs geen hengels. We kregen versleten zwemvesten aan en zo zijn we de zee op gevaren, ver van de kust. Daar kregen we van de bestuurders elk een touwtje met haakjes, waar we zelf wat meegebrachte halve garnaaltjes omheen moesten wurmen. Het was geen gezicht: tien Nederlanders en Italianen die met een touwtje om de vinger aan het vissen waren.
Prachtig was het wel, die paar uren daar op dat stille donkere water. Bij terugkeer hadden we samen ongeveer een halve emmer vol onbestemde vreemde visjes gevangen. En die wilde Servé wel als middagmaal laten klaarmaken. De restauranthouder in het haventje keek een beetje meewarig in de emmer en zei dat hij daar nog geen pan soep van kon maken.
Na veel heen en weer getelefoneer bleek een nogal obscuur restaurant in het binnenland bereid om de vis te bereiden. Mijn vrouw, die niet de zee was opgegaan maar de maaltijd niet wilde missen, bracht een blikje tonijn mee om wat extra zout in de wonde te wrijven. Het middagmaal bestond die dag uit gefrituurde graatjes. Maar wel zelf gevangen!
Met eeuwige dank aan Servé voor de mooie droom van 2007. Ik had hem voor geen goud willen missen. Hij heeft altijd gezegd dat hij die droom nog eens uit wil laten komen. Lukt dat dit jaar, dan wordt dat een heroïsch zomeravontuur. En lukt het niet, dan verzint hij wel iets anders, waarvan ik jaren later nog kan verhalen.