‘Of kakken een taboe is? Met een kleine dosis leedvermaak werkt het in elk geval op de lachspieren, en ook op die van volwassenen. Acteur Olaf van de Ven: “We gaan helemaal los in een hilarisch feest met een en al viezigheid.” DOOR ANKE RIESENKAMP

Acteur Olaf van de Ven wil best vertellen hoe hij zelf in de poep is gerold. Terwijl zijn dochtertje LaLou (1) met zijn telefoon speelt haalt hij het jeugdtheater van Jozef van den Berg terug. Die inspireerde hem om naar de Kleine Academie te gaan, een comedia dell’arte gebaseerde toneelschool in Brussel. Via het cabaret kwam hij uiteindelijk toch terecht bij zijn eerste liefde, het jeugdtheater. De titel van zijn eerste productie: Poep! Vandaar in de poep gerold.

Naar eigen zeggen gaat Van de Ven helemaal los in zijn voorstellingen. “Ik hou ervan om te knallen. Kinderen zijn bovendien het eerlijkste publiek. Als ze het niet leuk vinden haken ze af en moet je alles uit de kast om ze weer terug te krijgen.”
Samen met de spelers Christiaan Bloem en Chris Koopmans heeft hij vier jaar geleden de groep Meneer Monster opgezet. Het gezelschap bewerkt prentenboeken en jeugdliteratuur tot toegankelijke en energieke familievoorstellingen zoals De Gruffalo, Fantastische Meneer Vos en De Boomhut.
“Pixar theater maken vol humor, fantasie en verbeeldingskracht”, zo omschrijven ze het zelf. “Pixar theater”, legt Van de Ven uit, “is jeugdtheater met meerdere lagen, maar ook door humor of emotie gelaagd voor volwassenen. In Nederland wordt jeugdtheater serieus genomen; kinderen worden serieus genomen. Het gaat niet om platte entertainment; er is altijd sprake van een artistieke visie.”

Een van de populairste prentenboeken van de afgelopen decennia is Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft, met tekeningen van Wolf Erlbruch en de treffend spaarzame tekst van Werner Holzwarth. Het boek is drie miljoen keer gedrukt en in dertig talen uitgegeven.

De opzet van het succesvolle verhaal is mooi eenvoudig: een mol op laarsjes steekt zijn hoofd boven de grond uit en voordat het licht hem raakt, landt er een drol op zijn hoofd. De toch wat bijziende mol kijkt in het rond om te zien wie hem dat gelapt heeft. Een ware ‘whodunnit’ begint. De mol is vastbesloten om de dader te vinden en hij maakt een reis langs verschillende dieren. Twee strontvliegen, professionals, zetten hem op het juiste spoor.
Van de Ven kenschetst de theaterversie: “Onze manier van spelen is fysiek, ruw, ongepolijst en soms onbesuisd. Toch zijn de voorstellingen bijna een chorografie. De slapstick scenes zijn minutieus in elkaar gezet om toch los over te kunnen komen.
De voorstelling over een mol… hangt bijvoorbeeld aan elkaar vast van de looplijnen. Dit is ook wel nodig aangezien het speelvlak relatief klein is en het publiek om ons heen zit; iedereen zit op de eerste rij.”

De voorstelling wordt door twee acteurs gespeeld. Een acteur speelt de mol (met een Hemaworst op zijn hoofd gebonden), de ander speelt alle andere dieren. Op het toneel staat een kledingrek met alle kostuums en een tafel met etenswaren. “En dan gehts loss!”

De mol ontmoet de verschillende dieren die laten zien dat hun excrementen heus onvergelijkbaar zijn met de drol die op zijn hoofd is beland. Het paard poept kiwi’s, de duif doet het met mayonaise. De haas schiet met kokindjes en het varken flatst chocolademousse. Wanneer de koe zijn beloofde erwtensoep ter aarde laat, kan ik me voorstellen dat de aanblik van deze poepzooi elke peuter tot tevreden zou moeten stemmen.

Zolang de voorstelling wordt gespeeld, wordt deze ook verder ontwikkeld en geactualiseerd. Zo is de koe nu een hooligan geworden. Olaf van de Ven springt op en begint luid te boe te roepen. “Zie je wel, een Koeligan!”

Over een mol… te zien op 29 oktober om 14.30 in Schouwburg De Domijnen in Sittard-Geleen. Leeftijd: 2+
meneermonster.com, uitbalie.nl