De verbouwing van Cultuurhuis de Warande in Turnhout zou twee jaar duren. Ze zijn er nu halverwege. Wat te doen? Je publiek twee jaar met vakantie sturen is natuurlijk geen optie. En dus moest er een list verzonnen worden.
De Warande organiseerde prettig geprijsde busreizen naar theaters in buursteden als Eindhoven, Tilburg en Hasselt. Nu de nood aan de man is, blijken er in de naaste omgeving veel meer plekken te zijn waar je een voorstelling kunt programmeren. Naar verluidt zouden de programmeurs nu al mokken dat ze in september weer terug moeten in het verbouwde theater. Het zal zo’n vaart niet lopen – toch constateert Paul van der Steen in deze nieuwe editie van theatermagazine Jeroen dat theater op locatie steeds populairder wordt.
‘Makers houden van de extra mogelijkheden’, schrijft hij en ‘publiek komt af op de belevenis.’
Zelf dank ik mijn eerste kennismaking met professioneel theater aan vrienden die me mee namen naar Het Vervolg, zoals Toneelgroep Maastricht begin jaren negentig heette. Vaak zagen we voorstellingen in de bovenzaal van het Theater aan het Vrijthof maar in mijn herinnering zeer regelmatig op prachtige locaties aan weerszijden van de grens. Het is eigenlijk nooit anders geweest. Al merkt talentenmaker Jackie Smeets van VIA ZUID terecht op dat jonge makers weinig keus hebben: die moeten wel op zoek naar nieuwe plekken, immers, de kleine podia zijn schaars geworden en werkplaatsen als het Kruis/Huis van Bourgondië zijn weg bezuinigd.
Misschien is het de slinger van de klok, zoals Gerhard Verfaillie van cultuurcentrum Hasselt suggereert: het is wachten tot iedereen die locaties beu is en weer verlangt naar die goede oude theaterzaal.
Even leek het erop dat ook in de muziek die slinger weer terug zou slaan. Waarom hebben we ons toch de cd laten opdringen – en zie: sinds enkele jaren is de goede oude grammofoonplaat weer in opmars. Elke zichzelf respecterende band brengt nu naast een cd ook een elpee uit, maar het grote geld wordt er niet mee verdiend. Met de cd trouwens ook niet meer.
Pianist Joep Beving kan erover meepraten. Toen ik voor het eerst zijn foto zag, dacht ik even dat hij de tronie had geleend op de cover van John Williams’ boek Stoner. Maar nee, Joep Beving blijkt vreselijk zichzelf, lezen we in het interview dat Fons Geraets met hem had.
Hoe dan ook, Beving moet het niet hebben van cd’s of elpees, hij wordt groot via Spotify. Hij is er zelfs de meest beluisterde levende pianist. Daar kunnen Sokolov en Lang Lang een puntje aan zuigen.
Zo blijven de wegen naar succes ondoorgrondelijk. Lees er in deze Jeroen de column van Jan Delvaux maar op na. Hij doet een boekje open over de hit I Am the Girl From Nowhere van Daan Stuyven.
Alles is mogelijk, vandaag nog, zo u wil.
Emile Hollman
eindredacteur Jeroen