Een van de meest opvallende producties tijdens het Toneelstad Festival in Maastricht is de voordracht ‘Vier kleine meisjes’ door Frieda Pittoors. Het initiatief om de onspeelbare geachte tekst, afkomstig van Pablo Picasso, tot leven te wekken komt van Margriet Sweerts. “Verwarrend? Als je alleen maar vermaakt wil worden, moet je niet bij mij zijn.”
Op de toneelacademie in Maastricht kreeg Margreet Sweerts een jaar of twintig geleden een tekstfragment voor de kiezen dat voor altijd zou beklijven. Niet alleen sprak de experimentele taal haar aan, de tekst bracht ook beelden terug uit de tijd dat ze een meisje van elf was en met blote benen in een zomerjurkje draafde door de bossen van Eersel, waar ze opgroeide.
Niettemin werd de tekst – Vier kleine meisjes van Pablo Picasso – op een enkel fragment na onbespeelbaar geacht. Daar kwam Sweerts achter toen ze het in productie probeerde te brengen bij FACT, het productiehuis voor jonge regisseurs. Ze kreeg er geen poot aan de grond vanwege een vermeend gebrek aan dramatische handeling. Picasso´s tekst mag dan de structuur hebben van een klassiek toneelstuk, van een verhaal is nauwelijks sprake. ,,Onzin dat dit geen theater kan worden. Het gaat me om het evocatieve van de tekst, niet om het verhaal”, vindt Sweerts.
Picasso schreef de tekst vlak na de Tweede Wereldoorlog toen hij de zomer doorbracht in zijn huis in de Provence. Volgens Sweerts moet hij sterke indrukken hebben gehad: spelende kinderen, geurend fruit, licht, kleur; hij zal zich in het schemergebied tussen waken en slapen hebben bevonden dat ze omschrijft als een siësta delirium.
“Hij roept een tuin in taal op. Het is de tekst van een kunstenaar die zichzelf geen beperkingen oplegt. Je kunt die eigenlijk alleen maar uitvoeren als je acteurs meesters in tekstbehandeling zijn.” In Maastricht laat ze de tekst voorlezen door actrice Frieda Pittoors die de taal over vier acteurs en het publiek zal uitgieten. Haar stem zal hen door het stuk leiden als het te abstract of zelfs ongemakkelijk dreigt te worden.
Margreet Sweerts drukt een vrouwelijke zienswijze uit in haar werk. Opmerkelijk dus dat een macho eerste klas als Picasso haar beelden uit haar eigen meisjeswereld terugbracht. Vooral het beeld van de moestuin die Picasso oproept, fungeerde als een katalysator. “Een moestuin is een plek waar tekens van natuur en beschaving door elkaar heen lopen.” Die spanning heeft Sweerts gebruikt om het stuk lading te geven.
Het speelveld is een witte draaischijf van de Maastrichtse kunstenares Suchan Kinochita. Het stelt een waterput voor waar een viertal vrouwen samenkomt en naar de tekst luistert. De waterput in Picasso’s moestuin heeft Sweerts bepalend gemaakt in haar mise en scène. De bron is niet alleen letterlijk een bron van leven maar is ook de plek waar vrouwen traditioneel samen kwamen om leven en goed uit te wisselen. Waar de taal als oraal genoegen werd beleefd. En die beleving laat ruimte open voor sensuele interpretatie. Zeker wanneer de tekst in het vierde bedrijf wordt vervangen door een solo voor altviool die door Susanne van Els, op hoge hakken in haar ondergoed, wordt gespeeld. Sweerts: “Wat je beleeft is een ritueel, een spel van verdwijnen en verschijnen, van kijken en bekeken worden. De speelsters gaan naar het moment dat je als meisje bewust wordt van de blik van de ander.” “Een regen van ogen daalt neer en blijft plakken op hun haren en jurk,” schrijft Picasso.
Sweerts geeft de blik van de toeschouwers een hoofdrol. “De vrouwen zullen zich hoe dan ook heel direct tot het publiek gaan verhouden. Verwarrend? Als je alleen maar vermaakt wil worden, moet je niet bij mij zijn.”
‘Vier kleine meisjes’ door Frieda Pittoors in directeurskamer Theater a/h Vrijthof, zaterdag 17 mei, 15.00 uur. Performance ‘4littlegirls’ op dezelfde dag in café Ipanema, 20.00 uur. Maastricht Toneelstad Festival duurt van 11 t/m 17 mei. Zie ook http://www.theateraanhetvrijthof.nl