Oproer in de concertzaal

Op zijn 23e had hij het conservatorium klassieke gitaar in Tilburg én drie masterstudies in muziek afgerond. Wonderboy Aart Strootman roert stevig door de wereld van de hedendaagse klassieke muziek met zijn onalledaagse composities, klankonderzoek en zelfgemaakte instrumenten. Een bewerking van Björks’ album Debut ligt op de planken. In de tussentijd gaat hij ook nog promoveren.
Aart Strootman doet de deur open op 1 hoog in Rotterdam Blijdorp, zoon Eli van 8 maanden op de arm. Tussen stapels boeken, zelfgemaakte instrumenten, de was en kinderwagen banen we ons een weg naar de eetkamer die dienst doet als kantoor, en andersom.

Aart Strootman (Oud-Beijerland, 1987) won vorig jaar de Gaudeamus Muziekprijs en is dit seizoen artist in residence bij de Concertzaal in Tilburg. Zijn orkestratie van het debuutalbum van Björk met een groot aantal zelf ontworpen instrumenten gaat in januari in première. Strootman woont met vriendin en zoon in Rotterdam.

KUNST_“Waar ik gelukkig van word, zijn musea voor hedendaagse kunst. Je krijgt niet alleen inzicht in de kunstenaar zelf maar ook in de hele gedachtewereld daaromheen. Voor mij zijn het echte inspiratieplekken. In Museum De Pont in Tilburg was ik kind aan huis. In Rotterdam ga ik graag naar het Boijmans en de Kunsthal.

Wat ik fijn vind aan Tilburg is een bepaald soort inclusie. Ik leerde de stad kennen via het Festival Incubate, een muziekfestival met een performancekant. Het was me snel duidelijk dat in Tilburg blijkbaar ruimte is voor zo’n rafelrand bij een kunstvorm. Dat maakt het voor mij een prettige stad. Ik heb op Incubate een performance gezien van Hermann Nitsch, met kadavers. Een bloedkunstenaar, duidelijk geworteld in een andere tijd, die voor veel oproer zorgde. In één keer worden allerlei disciplines en actoren op een hoop geveegd. Je kon er niet omheen.

Mijn favoriet is Richard Serra. In het Guggenheimmuseum in Bilbao heeft hij een hele verdieping. Een heel massieve ervaring toen ik daar voor het eerst doorheen liep. Onvergetelijk ook, want ik word steeds teruggeworpen op die ervaring, ook als ik ergens maar één werk van hem zie, bijvoorbeeld in De Pont of in Boijmans.”

FILM_“Ik heb weinig met het medium film. Concertervaringen vind ik geweldig, als luisteraar kan ik mij daar totaal in verliezen, maar film is voor mij snel te expliciet. Film, klank, muziek, sounddesign, camerapositie: zo’n hoeveelheid aan dingen die bij elkaar komen, maar ook keuzes die al ingevuld zijn. Mijn vriendin houdt erg van film, dat is soms lastig. Waar ik wel enorm gecharmeerd van ben, zijn de films van Alex van Warmerdam. Elke keer ben ik weer positief verrast dat een Nederlandse filmmaker op onvergelijkbare manier een snaar weet te raken en zich internationaal mag meten.”

CONCERTEN_“Wat ik boeiend vind aan dit genre, is het theatraal gegeven. In de klassieke vorm komen mensen een zaal binnen, het orkest zit klaar, de dirigent komt binnen, er is applaus, een moment stilte en dan start de muziek die het vervolgens voor het zeggen heeft. Ik laat mij absoluut inspireren door die voorstellingen waar de conventie op losse schroeven wordt gezet. Waar al iets klinkt voordat mensen de zaal in komen en er verwarring ontstaat. Is het al begonnen? Of zijn ze nog aan het oefenen? Het is een heel bewuste keuze om zoiets te doorbreken. We hebben voornamelijk concertzalen die alleen maar op de klassieke aanpak zijn ingericht, dus het is nogal wat om in een partituur buiten de lijntjes te kleuren. Met deze onconventionele benadering wordt een concertervaring veel meer een klankervaring, en dat is helemaal mijn terrein.”

MUZIEK_“Wat muziek betreft ben ik een totale omnivoor. Ik luister even graag naar Radiohead als naar Meshuggah, een obscure metalband uit Zweden. Deze staan naast componisten als Morton Feldman of Georg Friedrich Haas, iemand die speelt met microtonaliteit, tonen tussen twee noten in. Klanken die niet te halen zijn uit een piano of gitaar maar wel op een viool. Nieuw en ongehoord geluid dus. Dat doe ik ook met mijn eigen instrumentenbouw. Ik heb net veertien koperen buizen gemaakt voor het stuk Omniwaves dat onlangs in première is gegaan in het Orgelpark in Amsterdam. Dat is wat mij drijft in mijn werk: mijn eigen geluid en signatuur ontwikkelen als componist.”

BOEKEN_“Ik lees veel, zeker nu ik bezig ben met mijn proefschrift. Veel vakliteratuur. Boeken over compositietechnieken uit de jaren zestig, over hoe Pythagoras omging met het stemmen van instrumenten, net zo goed als biografieën van componisten als Stravinsky, La Monte Young, Richard Strauss of Beethoven en boeken over elektronica en muziek, over gitaarbouw, muziek en wiskunde. Ja, wiskunde. Ik ben er niet goed in, maar ik moet mij er wel in verdiepen, zowel voor voor mijn composities als voor het ontwerpen van instrumenten.”

LEZINGEN_ “Ik volg graag lezingen op YouTube met een concertelement erin. Eindeloos interessant vind ik dat digitaal kijkje achter de schermen. Het haakt voor mij aan bij de inspiratie die ik haal uit musea: je leert een hele wereld kennen. Tien keer interessanter dan een inleiding op een concert. Leuk is natuurlijk ook dat de componist zelf aan het woord is. Die live-ervaring, daar gaat steeds meer animo voor komen, daar ben ik van overtuigd.”