De theaterdirecteur en zijn geheime Ferrari
Leon Thommassen houdt van actiefilms, thrillers, Udo Jürgens en snelle, gestroomlijnde auto’s, en is de baas van Theater de Maaspoort in Venlo. Op cultureel gebied is hij een omnivoor. “We waren afgelopen zomer in Museo Guggenheim Bilbao geweest. Prachtig gebouw, maar de vaste collectie vond ik helemaal niks.”
THEATER_“Wat zei Pippi Langkous ook alweer? “Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan.” Ik zeg: ik heb het nooit geproefd, dus ik denk wel dat ik het lekker vind. Het cultuuraanbod in mijn jeugd in het Midden-Limburgse Neer beperkte zich tot carnaval en de fanfare.
Door te proeven van de podiumkunsten heb ik een brede interesse ontwikkeld. Veertien jaar geleden zag ik de voorstelling De Redenaar van Victor Löw. Meesterlijk. Wat een vakman, wat een energie, zoveel prachtige tekst en zoveel personages. Ik heb het er laatst nog met hem over gehad. Hij wil de voorstelling best hernemen, maar het zou hem vier maanden kosten om die weer onder de knie te krijgen.
Ik ben nu zeven jaar directeur hier, maar het is me nog nooit gelukt om Hans Teeuwen binnen te halen. Niet dat er veel kansen waren, maar toch. Nachten lang heb ik naar zijn dvd’s gekeken. Ik hou van zijn absurdisme, vervat in waanzinnige verhalen.”
MUZIEK_“Van André Hazes tot AC/DC en van Udo Jürgens tot Elvis. Ik heb geen absolute favorieten, ik ben ook niet van het verzamelen – Spotify is wat dat betreft een uitkomst. Van Guns N’ Roses heb ik geloof ik alles. Twintig jaar geleden zag ik ze al in De Goffert. Tegenwoordig draai ik ze niet zo veel meer, mijn vrouw houdt er niet zo van.
De klassieke muziek is iets van de afgelopen jaren. Op zondag draai ik graag Bach en zo, heel mainstream, de verdieping moet ik daar nog in vinden. Je wordt ouder, je ontwikkelt je, het hoeft allemaal niet meer zo hard. In mijn eerste autootje moesten subwoofers komen, nu vraag ik aan de kinderen of het wat minder kan.”
FILM_“De afgelopen jaren kwam ik nauwelijks in de bioscoop. Toen ik in Brussel afstudeerde, ging ik wel vier keer per week. Ik ben een waanzinnige liefhebber van James Bond. De mooiste? Kan ik echt niet zeggen.
Netflix vind ik geweldig. Op een zondag houden we wel eens een marathon, kijken we naar The Staircase of Making a Murderer. In die laatste serie word je al in de eerste beelden op het verkeerde been gezet, iets wat je in het theater ook kan overkomen. Ja, de bank is onze grootste concurrent. Toch is het bezoekersaantal van de Maaspoort sinds 2010 met zestig procent gestegen. We bieden mensen een complete avond uit. Theater is steeds vaker een mini-vakantie.”
BOEKEN_“Ik ben eigenlijk pas opnieuw gaan lezen sinds ik directeur ben. Ik ging liever naar school om te kaarten dan om te leren. Managementboeken hebben me veel gebracht, in die zin ben ik een autodidact. Good to Great van Jim Collins raad ik iedereen aan. Zijn theorieën breng ik hier in de praktijk: we willen niet goed zijn maar de beste. Ik van energiecoach Remco Claassen heeft me dichter bij mezelf gebracht. Ja, dit soort boeken lees ik ter ontspanning. Ik houd van ook van thrillers, van John Grisham en David Baldacci bijvoorbeeld. De hoge literatuur lees ik wat minder.”
BEELDENDE KUNST_“We waren afgelopen zomer in Museo Guggenheim Bilbao. Prachtig gebouw, maar de vaste collectie vond ik helemaal niks. Die grote stalen constructies van Richard Serra doen me niks. In tegenstelling tot de wachters van Tajiri op de brug van Venlo. Tajiri is wereldwijd bekend, wat mij betreft zou een museum van hem in Venlo op kleinere schaal dezelfde aantrekkingskracht kunnen hebben als het Gugggenheim in Bilbao.
Sorry, maar ik kan geen uren naar schilderijen kijken. Al heb ik spijt dat ik twintig jaar geleden niet een schilderij van Herman Brood heb gekocht tijdens een expositie in Ittervoort. Brood was een absoluut fenomeen, hoe hoog die man boven het maaiveld uitkwam! Dat schilderij was te duur voor me, ik wilde het hebben omdat Jos Verstappen, de vader van Max erop was afgebeeld.”
DESIGN_“Ik ben een echte autoliefhebber. Toen ik een jaar of twaalf was, kwam er altijd een Porsche 911 voorbij op weg van Neer naar de middelbare school in Horn. Ik dacht: als ik later
rijk ben, koop ik er ook een. Ik ben nooit heel rijk geworden maar ik kocht mijn eerste, een tweedehandsje, op mijn 25ste. Het gaat me niet zo zeer om de snelheid als wel om de vormgeving, het geluid, de totale emotie. Ik heb er in totaal vier gehad.
En nu? Ik weet niet of ik dat moet vertellen in de wereld van cultuur, maar ik had dus nog een ultieme droom om een Ferrari te hebben… Ik rijd er alleen privé in en in Venlo ziet niemand me erin rijden. Alleen al het geluid van die motor! Ja, het is een rooie uit 2002, en mijn vrouw vindt het eigenlijk niks. Maar mijn boodschap is: als je gaat voor je passie dan kun je veel bereiken.”